Één van de eerste dingen die de gemiddelde Nederlandse vrouw bij een zwangerschapstest met twee streepjes doet, is zich aanmelden bij een verloskundige. Een verloskundige bij wie je zus, buurvrouw of vriendin ook haar zwangerschap heeft laten begeleiden en die letterlijk goed bevallen is. Iedereen kent deze verloskundigen, weet waar een praktijk zit of heeft ze wel eens ‘in het echt gezien’.
Maar naast deze verloskundigenpraktijken (eerstelijnsverloskundigen) bestaat er ook nog een tweede groep verloskundigen. Een groep waar je als gezonde zwangere niet direct mee te maken hebt. Deze groep is in het laatste decennium enorm gegroeid: de klinisch verloskundigen.
De klinisch verloskundigen werken zoals de naam het al zegt: klinisch. In het ziekenhuis, onder supervisie van een gynaecoloog. Ze werken samen met verpleegkundigen, kraamverzorgsters, kinderartsen en maatschappelijk werkers. Ook werken klinisch verloskundigen aan het verbeteren van de zorg en de samenwerking met de eerstelijnsverloskundigen.
De grootste groep klinisch verloskundigen werkt op de verloskamers. Je komt ze tegen als je bevalling aan een van hen wordt overgedragen door je eigen verloskundige. Bijvoorbeeld als je kindje in het vruchtwater heeft gepoept of als de bevalling wordt ingeleid. Je ziet ze ook als de baby te vroeg komt, je bloeddruk omhooggaat of de baby minder beweegt. Ook bieden ze hulp als er meer zeldzame complicaties optreden tijdens je zwangerschap. Bij dat eerste consult in het ziekenhuis kan het zijn dat je wordt onderzocht door de klinisch verloskundige.
‘Klinisch verloskundigen werken samen met gynaecologen, verpleegkundigen, kinderartsen en kraamverzorgsters met één doel: een gezonde moeder en een gezonde baby!’
Een klinisch verloskundige is hetzelfde opgeleid als de eerstelijnsverloskundige. Soms hebben ze extra opleidingen of cursussen gedaan om zich te specialiseren in bepaalde facetten van het vak. Denk daarbij aan het uitvoeren van een uitwendige versie (een draaiing van het kindje dat in stuit ligt), echoscopie of psychische begeleiding. Maar bovenal zijn ze er om je te helpen en ondersteunen tijdens je zwangerschap of bevalling als het net even anders loopt dan verwacht.
Omdat in het ziekenhuis meer verloskundigen tegelijk werken, terwijl er bij jouw verloskundigenpraktijk misschien maar een werkt, kan het zijn dat je verschillende gezichten ziet. De diensten die klinisch verloskundigen draaien, duren vaak acht uur. Daardoor kan het zijn dat je tijdens je bevalling wisselingen in personeel ziet. Datzelfde geldt voor de verpleegkundigen en kraamverzorgsters. Dit betekent niet dat er minder aandacht voor je is. Want iedere verloskundige, of hij of zij nu thuis of in het ziekenhuis werkt, heeft maar één doel: Een gezonde moeder en een gezond kind.